1998Integrale jeugdhulp Het belang van goede samenwerking
In 1998 besliste het Vlaamse parlement om een kamerdebat te organiseren over de bijzondere jeugdzorg in Vlaanderen. Het beleidskader werd tot dan toe nog erg bepaald door de wetgeving van 1965 en de decreten uit 1990. Het parlement vond dat beleidskader niet langer voldoen. Het kamerdebat werd voorbereid door een commissie ad hoc bijzondere jeugdzorg, en vond plaats op 10 maart 1999. De Maatschappelijke beleidsnota Bijzondere Jeugdzorg was het resultaat, en meteen startbasis voor de vernieuwing van de jeugdzorg in de volgende jaren.
Veel nadruk werd gelegd op onvoldoende samenwerking tussen diverse sectoren. Anders dan in de b.v. Nederland met de dood van Savanna of de UK met de moord op Victoria Climbié of recenter Baby P. was er geen dramatische situatie om extra aandacht voor samenwerking in de sector te veroorzaken. Integrale jeugdhulp (IJH) werd de doelstelling. Daartoe werden van begin 2002 tot medio 2004 experimenten opgestart in Gent-Eeklo, grootstad Antwerpen en de provincie Limburg. Regionale netwerken moesten mogelijk maken dat hulpverleners over organisatiegrenzen heen samenwerkten in het belang van kinder- en jongerenwelzijn. Zeven sectoren zijn er bij betrokken, zeven sectoren die elk vanuit hun eigen professionaliteit hulp verlenen: het Algemeen Welzijnswerk, de Bijzondere Jeugdbijstand, de Centra voor Geestelijke Gezondheidszog, de Centra voor Integrale Gezinszorg, de Centra voor Leerlingenbegeleiding, Kind en Gezin en het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap. Eind 2003 werd gerapporteerd over de resultaten van de experimenten en mede op die basis keurde het Vlaamse parlement in mei 2004 de IJH-decreten goed. Zo wordt integrale jeugdhulp uitgebreid tot heel Vlaanderen.
Terwijl de implementatie van integrale jeugdzorg nog volop vorm krijgt, verleggen de beleidsmakers alweer hun horizon. In februari 2006 komt de Vlaamse regering (= toenmalige minister Inge Vervotte) met een meerjarenplan voor de jeugdzorg (het ‘globaal plan’). In maart 2009 wordt dit opgevolgd door het plan Perspectief! (dit keer onder minister Veerle Heerlen). Zomer 2013 wordt het nieuwe decreet op de integrale jeugdzorg gestemd in het Vlaams parlement. Er wordt sterk ingezet op de zogenaamde intersectoriële toegangspoort en op krachtgericht werk.
De uitdagingen voor integrale jeugdzorg zijn meervoudig. Niet alleen gaat het om het laten samenwerken van diverse hulpverlenende organisaties in het kader van de best mogelijke zorg voor de jongere, het gaat ook om het overstijgen van de structuur van de sector. Elk van de zeven betrokken sectoren heeft een eigen taal ontwikkeld om over steeds diezelfde cliënt te praten. Vanuit die sectorspecifieke taal geven ze hun eigen hulpverleningsrealiteit kleur en vormen ze hun eigen vraagstelling. Integrale jeugdzorg streeft niet alleen samenwerking tussen organisaties na, maar ook afstemming op betekenisniveau.
Publicatiedatum: 26-11-2011
Datum laatste wijziging :25-12-2013
Auteur(s): Jan Steyaert,