2005Een gericht diversiteitbeleid...eindelijk? Recht op een plek!
Vanaf 1995 wordt er in Vlaanderen een breed beleidsdomein van 'Gelijke kansen'voor alle 'minoriteiten' uitgetekend, waarin ook de ondersteuning van allochtonen een plaats krijgt.
In dit licht worden vanaf 2005 acties m.b.t. diversiteit ontwikkeld. De focus ligt vooral - voor zover het om allochtonen gaat - op de inschakeling in het (hoger) onderwijs en op de werkvloer. Zo moet de gekleurde samenleving een feit worden en daarin past - mee aangestuurd door de Belgische overheid - een specifiek diversiteitbeleid.
Zo verschoof de tijdsgeest: we startten met gastarbeiders die heel gericht aan het werk gezet werden in bepaalde, voor autochtonen minder aantrekkelijke, sectoren. We evolueerden naar acties om de eerste en volgende (jongere) generaties nieuwe plekken te laten vinden, mee te laten functioneren als gewone burgers. Sommigen beweren dat (dit tot nu toe) niet succesvol bleek en schuiven dat in de stelling die zegt dat de multiculturele samenleving mislukt is. Is dat zo?
Het diversiteitsbeleid stuur(t)de in elk geval aan op een radicale verschuiving. Op de voorgrond staat de vraag: Hoe kunnen opleidingen en bedrijven worden aangezet tot het gerichter omgaan met het 'verschil in kleur'? Ook breder: hoe kan dit verschil de hele samenleving dienen van sociale zorg tot economische activiteit!
Hoe kan het lokale (sociale) beleid, dat een integrale benadering moet realiseren, voldoende oog hebben voor de participatie van allochtonen en een geschiktere aanpak die deze doelgroep ruimte en passende zorg geeft. Hoe kan de economische activiteit vruchten plukken van een gekleurd personeelsbestand in de plaats van dit als een last te zien.
Maar om te beginnen gaat het erom dat meer mensen van andere origine een degelijke en passende plaats vinden op de arbeidsmarkt. De administratie en overheidsdiensten worden geacht hierin een voortrekkersrol te spelen.
Van managers in bedrijven moet worden verwacht dat ze oog hebben voor diversiteit in hun personeelsbezetting, niet enkel om de aanwezigheid van vrouwen of gehandicapte werknemers, maar ook om mensen met een andere etnisch-culturele achtergrond. Er moeten diversiteitplannen worden ontwikkeld. En omdat dit niet vanzelfsprekend is creëert de overheid specifieke projecten om dit te bevorderen. Human resources managers zullen geschoold moeten worden in het ontwikkelen van een passend personeelsbeleid. Deze 'Aandacht voor verschil' zal ook aangepakt worden in de opleiding van personeelswerkers.
Ondanks alle bemoeienis van het sociaal werk met de allochtone doelgroep, is het aantal sociale werkers van niet-Europese origine erg klein gebleven. Het diversiteitthema brengt dan ook een soort boemerangeffect mee in de eigen sfeer: het waren vooral blanke werkers die zich vroeger met de allochtone populatie bezighielden, nu rijst de vraag naar welzijnsorganisaties om allochtone medewerkers in te zetten en een eigen diversiteitmanagement te ontwikkelen!
Daarvoor moeten er wel eerst voldoende allochtone sociale werkers de opleidingen insluizen én afstuderen!!!
Heel wat hogescholen zullen extra inspanningen doen om allochtone jongeren te rekruteren en vooral om ze te ondersteunen bij het succesvol studeren. Tegelijk worden ook al langer sluimerende vragen over de gebrekkige aandacht voor (werken met) de allochtone doelgroepen in het onderwijscurriculum harder gesteld. Hoe omgaan met cultuurverschillen, met religieuze verschillen, met communicatieproblemen? De nood aan 'diverssensitieve' sociale werkers groeit .
Laatst gewijzigd: maart 2012
Publicatiedatum: 00-00-0000
Datum laatste wijziging :00-00-0000
Auteur(s): Wim Verzelen,