1946 Vluchtelingenwerk
Evidente opdracht voor sociaal werk?!
eerste   vorige   homepage   volgende   laatste

Ooit was België een toevluchtsoord voor vreemdelingen. Halverwege de 19de eeuw vluchtte Karl Marx naar Brussel om er het Communistisch Manifest te schrijven! Ook Victor Hugo zocht zijn toevlucht hier. En dit dankzij een uiterst liberale grondwet. Althans zo gaat het verhaal.
Maar waren we wel zo tolerant? De vrees voor een te grote toeloop van wereldverbeteraars, republikeinen en anarchisten sluimerde al snel. De praktijk bleef weliswaar soepel, maar dat veranderde drastisch op het eind van die negentiende eeuw.

Hoe hielpen we vluchtelingen sindsdien? Het recentere verhaal begint bij de Conventie van Genève (1951), met het Belgische ’vluchtelingenverdrag’ van 26 juni 1953.
In ons engagement voor dit internationaal proces, zit een bijzondere - wat merkwaardige - link verborgen met het sociaal werk. Vanaf 1925 functioneerde de ’Katholieke Internationale Unie voor Maatschappelijk Dienstbetoon’, als overkoepeling van de katholieke sociale werkers. Het internationale karakter van deze vereniging leidde mee tot bijzondere aandacht voor het sociale programma van de Verenigde Naties. In dat licht opperde juffrouw Maria Baers, toen secretaris-generaal van deze Unie, dat België een kandidatuur diende te overwegen voor de post van Hoge Commissaris van de Vluchtelingen. Petite histoire, maar toch wel illustratief.

Het duister van de oorlog hing in die tijd over de situatie van de vluchtelingen. Er groeide een sterke betrokkenheid van het Rode Kruis, maar ook van de kerken. Meteen na de Tweede Wereldoorlog (1946) werd sociaal werk voor vluchtelingen daadwerkelijk zichtbaar via het engagement van de katholieke pater Georges Pire en van de protestantse kerk. Met het onthaal van Oost-Europeanen (de zgn. displaced persons) en later van Hongaarse vluchtelingen in 1956 begon haar ondersteuningspraktijk. Werk vonden die eerste vluchtelingen in de Limburgse mijnen. Het Rode Kruis hielp met de adoptie van Hongaarse kinderen. Pater Pire stichtte de vereniging ’Hulpverlening aan ontheemden’ (1949) en de Europadorpen. In 1958 kreeg hij de Nobelprijs voor de Vrede.

De vluchtelingenstroom zal niet meer ophouden. Albanezen (’61-’62), Christelijke Turken (’65-’66), Haïtianen (’69-’70), de Chilenen (’73-’76), Joden uit de USSR (1974), vluchtelingen uit Zuidoost Azië, ook bootvluchtelingen en niet begeleide minderjarigen, later Bosniërs, Ghanezen etc.

De katholieke kerk blijft tot nu sterk geëngageerd via ’Kerkwerk Multicultureel Samenleven’, een beweging die in 1991, als solidariteitsactie in het leven is geroepen. Daarbij wordt geïnvesteerd in racismebestrijding, dialoog met anders-gelovigen, interculturele ontmoeting, uitwisseling en opvang van asielzoekers, vluchtelingen en mensen zonder papieren. De organisatie profileert zich als sociaal-cultureel werk en maatschappelijk opbouwwerk.
Veel van die solidariteit is ook zichtbaar geworden in het zogenaamde kerkasiel; de opvang van asielzoekers in kerken. De start daarvan was een bezetting van de Saint François de Sales kerk te Luik in 1998, als reactie op het weinig overtuigende antwoord van het beleid op het drama rond Semira Adamu. Onder de actievoerders van het eerste uur bevinden zich onder meer Congolezen, Angolezen en Nigerianen. Hun belangrijkste eis: een collectieve regularisatie van alle mensen zonder papieren.

Maar er is meer dan kerkwerk. Na de Vlaamse regionalisering werd in 1987 het Overleg Centrum voor Integratie van Vluchtelingen opgericht door het Rode Kruis, Caritas Internationaal, Socialistische Solidariteit en de Internationale Liberale Solidariteit. In 1999 kreeg het centrum er een belangrijk project bij: instaan voor kleinschalige opvang van asielzoekers.
In 2004 veranderde het Overlegcentrum zijn naam in ‘Vluchtelingenwerk Vlaanderen’ en profileerde het zich als een sociale beweging gericht op beleidsbeïnvloeding en sociale verandering.

Publicatiedatum: 00-00-0000
Datum laatste wijziging :22-02-2019
Auteur(s): Wim Verzelen,
Extra

Vluchtelingenwerk en nieuwe migraties.
Sedert 1992 is er sprake van expliciet sociaal werk voor uitgeprocedeerden. Toen werd het Steunpunt Begeleiders Uitgeprocedeerden opgezet voor vrijwilligers en professionelen. Het zwaartepunt van de werking lag in Brussel, maar men was ook actief in Gent en Antwerpen. Later werd dit het Steunpunt van Mensen zonder Papieren, nu omgevormd tot OR.C.A. vzw - de Organisatie voor clandestiene arbeidsmigranten. Vanaf 1994 functioneert er ook een Medisch Steunpunt.

Verder studeren
Literatuur
Aanvullend materiaal
Links
Studieopdrachten Klik hier om de studieopdrachten te bekijken
eerste   vorige   homepage   volgende   laatste