Verwante vensters
1978 Politiserende hulpverlening
Bert de Turck
eerste   vorige   homepage    

Met de uitbouw van de verzorgingsstaat in de naoorlogse jaren en de opkomst van de psychotherapie was er een heel hulpverleningsapparaat ontstaan dat zorgbehoevende burgers op individuele wijze kon bijstaan.
Vanaf de jaren zeventig ontstaat er echter kritiek op een te ver doorgeschoten individualisering en psychologisering van de hulpverlening. Zo schrijft Bert de Turck in 1978 zijn boek Politiserende hulpverlening en komen Nora van Riet en Harry Wouters in 1985 met Helpen = leren, met in de eerste twee uitgaven als ondertitel politiserend maatschappelijk werk als bijdrage tot emancipatie.
De kritiek start bij de observatie dat allerlei problemen waarvoor het sociaal werk hulp voorziet samenhangen met sociaaleconomische kenmerken van de cliënten en dus minstens deels een maatschappelijk oorzaak hebben. En dan volstaat het niet meer om individuele hulpverlening te organiseren, maar moet er ook werk gemaakt worden van het wegwerken van die maatschappelijke oorzaken. Anders wordt sociaal werk een ‘dweilen met de kraan open’ activiteit, een veredelde vorm van symptoombestrijding waarbij individuen volledig aangesproken worden op problemen die ze slechts deels zelf in de hand hebben. Ook de oorzaken van sociale problemen moeten aangepakt worden, de cultuur van het zwijgen (Paolo Freire) daarover moet doorbroken worden.

Dat vraagt ook aanpassingen aan het dagelijkse werk van sociaal werk, dat de focus moet verleggen van individuele hulpverlening naar structurele hulpverlening en preventie. Het gaat immers niet op om via schoolmaatschappelijk werk spijbelende jongeren aan te spreken, en tegelijk niets te doen tegen de horeca die in de omgeving van de school elke ochtend ‘happy hour’ organiseert. Het gaat niet op om via schuldhulpverlening burgers met hun individuele budgeten te helpen, en tegelijk niets te doen aan financiële instellingen of postorder bedrijven die veel te makkelijk kopen op krediet toestaan (zie de actie van Hans Bonte richting Citibank, die haar marketing richtte op werklozen).

De aandacht voor politiserende hulpverlening is nu, zo’n 35 jaar na het verschijnen van de publicatie van Bert de Turck, nog maar nauwelijks aanwezig. Hoogstens steekt ze vaag en weinig geëxpliciteerd de kop op in de kritiek op het tegenovergestelde, namelijk de huidige neiging om steeds meer sociale problematiek te herleiden tot een persoonlijk gebrek aan wilskracht en eigen verantwoordelijkheid, zoals in het werk van Theodore Dalrymple. Ook in de matige belangstelling voor preventie van sociale problemen is nog het denken rondom politiserende hulpverlening herkenbaar.
In Vlaanderen is recent de maatschappelijke inbedding van sociaal en psychisch leed terug onder de aandacht gekomen door het werk van Paul Verhaeghe en zijn kritiek op de persoonlijke schade die het neoliberalisme veroorzaakt en het overtrokken individualisme van onze huidige samenleving. Internationaal is politiserende hulpverlening, of ‘radical social work’, wel aan een heropleving toe, mede door het werk van Iain Ferguson. Ook het werk van Wilkinson en Pickett maakt duidelijk dat veel sociale problemen (bv. zelfmoord, tienerzwangerschappen) samen hangen met sociale ongelijkheid. Zo brengen ze opnieuw onder de aandacht dat sociaal werk zich niet kan beperken tot individuele hulpverleningstrajecten.

Publicatiedatum: 10-05-2013
Datum laatste wijziging :16-02-2014
Auteur(s): Jan Steyaert,
Verder studeren
Literatuur
Links
eerste   vorige   homepage