2023 Schadevergoeding voor falen Jeugdbescherming Haagse zussen krijgen elk 5000 euro |
|
Begin augustus 2023 ontvingen twee zussen uit Den Haag hebben elk een schadevergoeding van 5000 euro van Jeugdbescherming west. Dat was voor het eerst dat een Jeugdsbeschermingsinstelling erkende dat zij de zussen gedurende hun jeugd onvoldoende bescherming had geboden tegen mishandeling door hun ouders en daar ook financiele consequneties aan verbond. De organisatie had na diverse meldingen in de periodes 2011 en 2018-2020 contact met het gezin, maar slaagde er niet in het geweld te beëindigen. Vier jaar lang deden ze er alles aan om hun recht te halen na een jeugd vol geweld. Een hele reeks instanties bestookten ze met e-mails, telefoontjes en klachten. Onder meer het Centrum voor Jeugd en Gezin, de politie, maar vooral Jeugdbescherming west in Den Haag. Later benaderden ze ook de Nationale Ombudsman, Tweede Kamerleden en verschillende media. De zussen liepen aanvankelijk telkens tegen een muur op. Maar ten lang eleste hebben ze het toch voor elkaar gekregen: Jeugdbescherming west betaalt beiden een schadevergoeding van 5000 euro omdat het de hulpverlening niet is gelukt de twee tegen het geweld van hun ouders te beschermen. Dat was een opmerkelijke stap. Het was de eerste keer dat een jeugdbeschermingsorganisatie op deze gronden een financiële vergoeding aan mishandelingsslachtoffers verstrekte. Jeugdzorg Nederland meldde direct na het bekend worden van deze stap geen vergelijkbare gevallen te kennen. Er was al wel een compensatieregeling voor mensen die geweld of misbruik binnen de jeugdzorg (zoals in pleeggezinnen) hadden ervaren, met dezelfde vergoeding van 5000 euro. Jeugdbescherming west gaf met dit besluit publiekelijk toe dat zij in deze situatie tekortgeschoten was in hun plicht als overheid om kinderen tegen geweld te beschermen. Als oorzaak refereerde Jeugdbeschermikng west aan een breder, aanhoudend probleem binnen de jeugdzorg: het zogenaamde ‘systeemfalen’, met onder andere een gebrek aan geschikte hulp en lange wachttijden. De zussen, afkomstig uit een conservatief hindoestaans gezin enten tijde van de het besluit tot financiele vergoeding in hun vroege twintiger jaren, kampen nog steeds met zowel fysieke als psychische problemen als gevolg van de mishandelingen. Beiden hebben onder meer een diagnose van een complexe posttraumatische stressstoornis en zijn al jaren in behandeling. De vergoeding van Jeugdbescherming west helpt deels de niet-vergoede behandelkosten te dekken. De vraag die zich meteen aandiende na het besluit van Jeugdbeschemring west of andere slachtoffers die zich onvoldoende beschermd voelen, zich nu ook zouden kunnen melden voor een vergoeding. Jeugdbescherming west gaf daarover desgevraagd – wijselijk - geen commentaar gegeven. Onderzoek wijst uit dat na meldingen bij instanties huiselijk geweld vaak voortduurt. Kindermishandeling blijft een groot probleem, met naar schatting tussen de 90.000 en 127.000 getroffen kinderen per jaar. In 1921 ontvingen de zussen al excuses van advies- en meldpunt Veilig Thuis. Na interne evaluatie erkende Veilig Thuis dat, hoewel ze na meldingen hadden doorverwezen naar Jeugdbescherming, er geen verdere controle was op de effectiviteit van de geboden hulp. Desondanks heeft Veilig Thuis aangegeven geen schadevergoeding aan de zussen te zullen betalen, daar zij geen onrechtmatig handelen zien in hun eigen rol.
Publicatiedatum: 28-08-2023
Datum laatste wijziging :28-08-2023 |
|