1978Ann Hartman Hulpverlening met behulp van sociale netwerken, ecogram en genogram
Het is wellicht een veilige uitspraak te stellen dat weinig sociaal werkers zich iets kunnen voorstellen bij de naam Ann Hartman en de manier waarop ze invloed uitoefende (en nog uitoefent) op hulpverlening wereldwijd, terwijl de meeste sociaal werkers wel haar bijdragen aan het beroep kennen.
Ann Hartman startte haar loopbaan in 1959 als hulpverlener voor de Summit County Child Welfare Board in Ohio, USA. Na het behalen van een masterdiploma social werk ging ze werken in de geestelijke gezondheidszorg en gezinshulp in het gebied rond New York. Vanaf 1974, eens ze haar proefschrift voltooide, werkte ze als sociaal werk onderzoeker en docent aan de universiteit van Michigan. Ze raakte opnieuw betrokken bij gezinshulp via het Ann Arbor Centre for the Family en het National Child Welfare Training Centre. In 1986 verplaatst haar loopbaan zich naar de sociaal werk opleiding van het Smith College in Massachusetts.
Hartman heeft twee met elkaar verband houdende bijdragen geleverd aan sociaal werk die nog steeds de dagelijkse praktijk beïnvloeden. Beide waren reeds aanwezig in haar eerste invloedrijke publicatie, een artikel dat verscheen in 1978 in Social Casework (later omgedoopt tot Families in society) met de titel Diagrammatic assessment of family relationships.
Haar eerste bijdrage aan sociaal werk was de ontwikkeling van een ecomap (soms ook een ecogram genoemd) en een genogram als eenvoudige tekentechnieken die sociaal werkers in staat stellen om gezins- en sociale relaties in beeld te brengen. Beide kunnen gebruikt worden bij een intake, zorgplanning of daadwerkelijke hulpverlening. Ze kunnen gebruikt worden bij een individuele sociaal werker, maar meer nog tijdens gesprekken met cliënten. Hartman benadrukte steeds de visuele kracht van het instrument: "The connections, the themes, and the quality of the family`s life seem to jump off the page and this leads to a more holistic and integrative perception."
Dit deel van haar werk werd later voortgezet en uitgebreid door mensen als Monica McGoldrik (inzake genogrammen en intergenerationele familierelaties) en Mark Mattaini (inzake grafieken allerhande voor sociaal werk).
De tweede bijdrage van Hartman aan sociaal werk kan omschreven worden als ecologisch sociaal werk en bouwt verder op het gebruik van ecomap en genogram. De focus van sociaal werk zou niet alleen moeten liggen bij de cliënt maar ook zijn of haar sociaal netwerk moeten omvatten. Eén van de doelstellingen van sociaal werk zou moeten zijn om dat sociaal werk te betrekken bij de zorgbehoefte en er informele zorg aan te ontginnen. Zo kan men verder groeien dan een situatie waarin alle aandacht naar het individu gaat.
Gelet op de sociaal-demografische ontwikkelingen van de afgelopen decennia is het niet verwonderlijk dat Hartman’s oorspronkelijke focus op gezins- en familierelaties uitgebreid is naar andere sociale relaties. Familie is immers minder belangrijk geworden de afgelopen decennia.
Deze benadering kan omschreven worden als een soort midden tussen individueel sociaal werk en politiserend sociaal werk. Het is aanwezig in gezinshulpverlening maar ook in recente beleidsontwikkelingen inzake sociaal beleid, zoals de Wmo in Nederland en de focus die daarin gelegd wordt op informele zorg en samenkracht.
Publicatiedatum: 10-08-2011
Datum laatste wijziging :11-11-2013
Auteur(s): Jan Steyaert,