|
Lotty van Beuningen (1880 - 1976)Weldoenster, financierde sociale woningbouw in Vught.Verander de wereld en begin zelf. Dat zou je het levensmotto kunnen noemen van Charlotte (Lotty) van Beuningen-Fentener van Vlissingen (1880-1976). Lotty en haar man Willem zijn afkomstig uit families van rijke steenkolenhandelaren. En allebei ouderwetse weldoeners: een deel van hun geld gebruiken ze voor hulp aan arme medemensen. Als het echtpaar in de jaren 30 in Vught gaat wonen hebben ze in hun vorige woonplaats Utrecht al een flinke filantropische staat van dienst opgebouwd onder arbeiders en onder Belgische vluchtelingen tijdens de Eerste Wereldoorlog. In Vught kan Lotty van Beuningen het niet aanzien dat er in de Piekenhoek, grenzend aan de tuin van haar villa, mensen in krotten moeten wonen. Ze neemt een kloek besluit: zij en Willem laten - helemaal op eigen kosten - voor hun buren 66 nieuwe huizen bouwen. En naar wens van Lotty ook speciaal voor ‘ouden van dagen’. Armlastige en behoeftige bejaarden zonder familie zijn in die tijd aangewezen op de minimale verzorging van het armenhuis. Zo gaat daar - ongeacht het weer - op 1 november de kachel aan en op 1 maart weer uit. Lotty vindt dat barbaars. Dat kun je die oude mensen toch niet aandoen! Voor de gezinnen van de vele werklozen in de vooroorlogse crisisjaren zet Lotty een ‘spijskokerij’ op. En tijdens de Tweede Wereldoorlog is ze onder de vlag van het Rode Kruis met een paar dames uit het dorp betrokken bij voedselhulp aan de veelal politieke gevangenen in het beruchte concentratiekamp Vught. Lotty is veelvuldig gelauwerd voor al haar goede werken. De woningen die het echtpaar Van Beuningen in Vught heeft laten bouwen zijn ondergebracht in de Charlotte van Beuningenstichting, een toegelaten instelling die nu ongeveer 170 woningen in Vught in beheer heeft. Eerder gepubliceerd in Aedes Magazine, nr. 2 / 2014.
Auteur(s): Margriet Pflug,
Biografie |
|